zaterdag 26 september 2015

EVEN EEN JOINTJE ROKEN

Vanmiddag om een uur of drie steeg een groet op vanaf de rotonde bij de Wibenaheerd. Ja, ook goeiedag, maar wat zie ik nou, ga je een joint roken?

Dat ging de Beijumer jongere, ongeveer zeventien jaar oud, inderdaad doen. Zie de foto waarop de joint met weedzakje in z'n hand ligt. Is het lekker om te blowen? "Ja, echt wel."
Een joint, vrij vertaald van Engels naar Nederlands betekent het 'vergezellen', alleen oproken. Je moet er van houden. De zon scheen en we hadden de hele dag zonnig weer. Best aangenaam, aldus de mening van ondergetekende. Maar blijkbaar niet aangenaam genoeg voor iedereen. De een drinkt graag overdag een (of meerdere) borrel(s) een ander gaat graag aan een joint lurken om in een andere bewustzijnsstaat te geraken.
Een joint is een met cannabis samengestelde sigaret (Engels to join is 'samenvoegen'). Deze wordt gemaakt van een stuk (rijst)vloeipapier, een "tip" (een opgerold stukje karton), tabak (shag of sigaret) en wiet en/of hasj. De hasj of wiet wordt vóór het draaien in de joint verkruimeld. Bij hasj kan hierbij een aansteker handig zijn om de hasj zacht te maken. Wikipedia.

1 opmerking:

Willem Pauwelussen zei

Bij mijn weten is een stickie een sigaret waar je wat wiet of hash inkruimelt voor individueel gebruik, en een joint een pakweg 2x zo dikke en lange sigaret die je met meerdere gebruikers deelt.
De eerste vorm van de joint die ik leerde was twee vloeitjes aan elkaar en eentje op de kop, een derde in de lengte afscheuren en dan vullen en dichtplakken. Een andere vorm is dat je het tweede vloeitje er scheef tegenaan plakt en het uitstekende driehoekje laat wegsmeulen. je krijgt dan een toetervorm. Later kreeg je die speciale grote vloei. De rooktechniek was doorgaans om de handen haaks op elkaar te leggen, de joint tussen middel- en wijsvinger van de rechterhand en in te ademen door het gat tussen de duimen.
Een andere manier om hash of wiet (vermengd met tabak) te roken is via de shillum. Dat is een rechte (vaak kunstig bewerkte) steel waar de kop direkt op zit, dus niet onder een hoek zoals bij een tabakspijp. Doorgaans wordt een doek rondom de opening gewikkeld zodat je geen brandende stukken in de keel krijgt. De techniek van het roken is net zoals met een joint, maar nu houd je de pijp tussen de vingers van beide handen geklemd.
En dan heb je nog de kla-boem: een gat in een wcrol-kokertje waar je de sigaret in steekt, achter de hand erop, inademend vacuum zuigen en dan de hand lostrekken.
En de waterpijp natuurlijk. Die had je ook van klein voor individueel tot van die grote oosterse dingen waar je met een hele groep aan lurkte.