zondag 27 februari 2011

FOTO'S UIT DE WIERSHOECK- EN SCHOOLTUIN (71)

Begin oktober maakte ik op de Schoolwerktuinen een foto van een rozengal (foto links). De gal wordt veroorzaakt door een galwespje (de galmaker) en komt alleen voor op wilde rozen. Het is een bolletje geheel bedekt met lange vertakte haarachtige uitgroeisels, groen of rood. De gallen lijken enigszins op mosplantjes. Meestal groeien de gallen uit pasuitgelopen bladeren en bevinden zich dan op de uiteinden van de takken.

Ik was benieuwd wat er van de gal geworden was. Daarom ging ik op onderzoek. Zonder veel moeite vond ik de gal terug (foto rechts). Maar is het wel de zelfde gal? Gelet op de periode waarin de nieuwe galwespen het “huis” verlaten lijkt dat onwaarschijnlijk.

In mei legt de rozenmosgalwesp (Diplolepis rosae) eitjes in de rozenknoppen en tegen midden augustus vreten de larven zich op verschillende plaatsen in het hout van de rozenstruik. Dan ontstaat die bizarre galgroei. Binnenin de (tot 8 cm grote) gal zit een houtige kern met soms meer dan 50 met elkaar vergroeide cellen. In elke cel zit een larve.

Tegen het einde van de zomer verpoppen die allemaal, het volgende voorjaar komen daar dan weer wespen uit. Dat zijn dan meestal vrouwtjes want van deze soort zijn mannetjes uiterst zeldzaam. Er zijn ook een aantal andere soorten galwespen die van die gal gebruik maken om hun larven groot te brengen. Er zijn zelfs soorten die parasiteren op de parasiterende wespen.

De rozengal wordt ook wel slaapgal, slaapappel, slaapappelgal, bedeguaargal of rozenkoning genoemd. Naar een oud volksgeloof moet men de gal voor het slapen onder het kussen leggen, dat zou bevorderlijk zijn voor een goede nachtrust. De gal is niet schadelijk voor de plant.


Foto + tekst: Luit Staghouwer

Geen opmerkingen:

Een reactie posten