zondag 20 juli 2014

FOTO'S UIT DE WIERSHOECK- EN SCHOOLTUIN (195)

De populierenpijlstaart is een vlinder die je niet zo vaak ziet. Afgelopen dinsdag ontdekte ik hem op de hedera langs de zuidkant van de boerderij. Hij zat op ongeveer dezelfde plek waar we drie weken geleden ook al een exemplaar zagen (onder een buitenlamp). Die had gerafelde vleugels, maar zo te zien is deze vlinder nog niet zo lang geleden verpopt.

Deze populierenpijlstaart ontdekte ik om even voor elf en toen ik om vijf uur weer naar huis ging, zat hij nog steeds op dezelfde plek. Het is een nachtvlinder, maar overduidelijk niet eentje uit de categorie “overdag actieve nachtvlinders”.

Het is een vrij forse vlinder, de vleugeltekening van de populierenpijlstaart varieert nauwelijks. Kenmerkend zijn de kastanjebruine vlekken tegen de binnenrand van de achtervleugel (op de foto niet zichtbaar). In rusthouding steekt de achtervleugel soms een heel eind onder de voorrand van de voorvleugel uit (zoals op de foto). Sommige individuen hebben een sterke rozeachtige of violette tint op de vleugels. Er komen ook bruingele vlinders voor; dit betreft vaker vrouwtjes dan mannetjes.
De populierenpijlstaar is een in ons land algemeen voorkomende vlinder in de periode eind april-half augustus. Hij vliegt in twee generaties en komt voor in parken, tuinen, moerassen, bossen en heiden.
Waardplanten van deze vlinder zijn populier en wilg. Dat wil zeggen dat de rups (juli-oktober) eet van de bladeren van deze bomen. Beide boomsoorten zijn te vinden op De Wiershoeck. De soort overwintert als pop in de grond in de buurt van de waardplant.

De familie van de pijlstaarten omvat wereldwijd ruim 1460 soorten, waarvan het grootste deel in de tropen leeft. In Nederland komen 18 soorten voor. Pijlstaarten zijn indrukwekkende, middelgrote tot grote, vaak opvallend gekleurde nachtvlinders. Een aantal behoort zowel vanwege de vleugellengte als vanwege de lichaamsgrootte tot de grootste nachtvlindersoorten die in Nederland voorkomen. De vlucht kenmerkt zich door grote snelheid en wendbaarheid. Met uitzondering van de dagactieve soorten worden de meeste pijlstaarten aangetrokken door licht. Ook kunnen ze overdag soms rustend worden aangetroffen; meestal betreft dit verse exemplaren.

Populierenpijlstaat, lindepijlstaart en pauwoogpijlstaart behoren tot de onderfamilie Smerinthinae, ze hebben een sterk gereduceerde roltong en kunnen dus geen voedsel opnemen. De voorrand van de achtervleugel steekt in de rusthouding soms onder de voorvleugel uit. De vrouwtjes hebben een dikker achterlijf dan de mannetjes en zijn ook iets groter; de mannetjes rusten met het uiteinde van het achterlijf omhoog gebogen.

De eieren worden afzonderlijk of in paren vastgehecht aan de waardplant. De rupsen zijn over het algemeen groot en hebben vaak een opvallende kleur of tekening. Ze zijn onbehaard en de meeste hebben een hoornachtige stekel op het uiteinde van het achterlijf; dit is de karakteristieke ‘pijl’ waaraan deze familie haar Nederlandse naam ontleent.

Info: vlindernet.nl

Foto + tekst: Luit Staghouwer

Geen opmerkingen:

Een reactie posten