zondag 21 september 2014

FOTO'S UIT DE WIERSHOECK- EN SCHOOLTUIN (201)

Gaat het nu wel of niet goed met de insecten? Ik weet het echt niet, maar ik heb wel sterk de indruk dat er dit jaar minder insecten zijn dan gewoonlijk. Ook op deze mooie zomerse dinsdag, midden in september, viel het aantal soorten insecten me tegen. Honingbijen en hommels zag ik wel regelmatig en op de rimpelroos kwam ik weer meerdere jonge en volwassen exemplaren tegen van zowel de smalle randwants als de groene stinkwants. En natuurlijk zag ik rijkelijk veel spinnen, dat zijn echter geen insecten (maar ze zijn daarom niet minder interessant).

Dagvlinders waren echter wel opvallend aanwezig. Van sommige soorten vlogen er meerdere exemplaren rond, vooral het bont zandoogje was goed vertegenwoordigd. Normaal gesproken zijn er in september nog wel dagvlinders te zien, maar neemt het aantal gedurende de maand af. Maar dit jaar is alles anders! De aantallen nemen juist weer toe.

Op de tuinen van De Wiershoeck en de Kinderwerktuin zie ik regelmatig verschillende vlindersoorten, het zijn meestal de “gewone” en algemeen bekende soorten, maar zo af en toe vliegt er ook een minder regelmatige verschijning rond. Zo was het ook op deze aangename nazomerdag. Tijdens de wekelijkse dinsdagochtendexcursie zagen we een luzernevlinder. Gelukkig liet hij zich toen ook even fotograferen, maar jammer genoeg alleen met gesloten vleugels. Het bleek een mannetje oranje luzernevlinder te zijn. In de vlucht was duidelijk de brede donkere band langs de achterrand van de vleugels te zien. In de loop van de middag heb ik hem nog een hele tijd zien rondvliegen, maar hij liet zich niet meer fotograferen.
Ook de distelvlinder was weer eens even op de Kinderwerktuin aanwezig en de laatste weken is ook een paartje kleine vuurvlinder regelmatig te vinden op steeds min of meer dezelfde plek in de Kinderwerktuin. Bijna alle waargenomen soorten staan op deze collage. Alleen het groot koolwitje en het gamma-uiltje (nachtvlinder) heb ik niet kunnen fotograferen.

Van links naar rechts: distelvlinder, landkaartje (zomervorm), kleine vuurvlinder, mannetje icarusblauwtje, dagpauwoog, mannetje klein koolwitje, atalanta, gehakkelde aurelia en mannetje oranje luzernevlinder.

Soms is het verschil tussen een mannetje en een vrouwtje duidelijk te zien. De bovenkant van de vleugels is bij het mannetje icarusblauwtje blauw en bij het vrouwtje (meestal) bruin. Zowel de vrouwtjes als de mannetjes van het klein koolwitje hebben een donkere tip aan de bovenkant van de voorvleugel. Bij het mannetje zit daaronder nog één stip en bij het vrouwtje twee stippen.
Bij de oranje luzernevlinder bevindt zich zowel op de voorvleugel als op de achtervleugel langs de achterrand een brede donkere band; bij het mannetje is deze band rond de vleugelpunt door lichte aders onderbroken. De vrouwtjes hebben oranjegele vlekken in de donkere band langs de achterrand.

Het landkaartje heeft dit jaar een grote (extra) derde generatie. De vlinderpiek in september kan nog wel duidelijk hoger worden want er zijn soorten die vaak in de loop van deze maand nog met een generatie tevoorschijn komen. Zo kan het icarusblauwtje nog toe gaan nemen en bij de kleine vuurvlinder is in sommige jaren de septembergeneratie nog groter dan die in de zomer. Het blijft afwachten hoe het zich de komende weken zal ontwikkelen, maar dat 2014 een uitzonderlijk en boeiend vlinderjaar is staat nu al vast.

(info: De Vlinderstichting)

Foto + tekst: Luit Staghouwer

Geen opmerkingen:

Een reactie posten