zondag 15 maart 2015

FOTO'S UIT DE WIERSHOECK- EN SCHOOLTUIN (222)

Afgelopen dinsdag kwam ik weer een paar “oude bekenden” tegen, maar ook een voor mij nieuw insect. De bloei van verschillende planten komt nu echt op gang. Als de zon dan ook nog lekker schijnt, dan is het een plezier om op de tuinen rond te struinen. Helaas was de eerste vlinder te ver weg en te snel, ik heb niet kunnen zien welke soort het was.

Op een wilgenkatje ontdekte ik een kleine wants. Het is waarschijnlijk de behaarde wants (Lygus rugulipennis). Maar veel van dit soort wantsen lijken nogal op elkaar. De behaarde wants is een onopvallende, maar algemeen wijdverspreide wants die zijn Nederlandse naam dankt aan de fijne beharing op de vleugels. Hij is 5-6 mm groot en variabel van kleur, van geelbruin tot paars. Hij komt op veel kruidachtige planten voor, ook op cultuurplanten als aardappelen en kool. Dat kan dus schade opleveren. De behaarde wants overwintert als volwassen wants. Er zijn twee generaties per jaar. Vanaf juli zie je de eerste generatie, vanaf september de tweede generatie (die dus overwintert).

Ik zag enkele tientallen aardhommelkoninginnen. Bij hommels overwinteren alleen de (bevruchte) koninginnen. Ze doen dat vaak in de grond, in een verlaten muizenhol. De hommelkoninginnen ontwaken omstreeks half maart. De koningin op de foto heeft tijdens de overwintering ongewenst gezelschap gehad. Hommels hebben vaak last van mijten. Lastig inderdaad deze parasieten, maar de gaat er niet aan dood. Het gaat meestal om de Tyrophagus laevis, die op het lichaam van de jonge koningin de winter doorbrengt. De jonge mijten verspreiden zich in het voorjaar op eenvoudige wijze. Enkele blijven namelijk achter op de bloemen en wachten op een andere voorbijkomende hommel, waaraan ze zich vlug kunnen hechten.

Mijten zijn kleine geleedpotigen met een lichaam dat niet duidelijk in twee (zoals bij spinnen) of drie (zoals bij insecten) geledingen is gedeeld. Men onderscheidt 546 families met meer dan 45.000 soorten waarvan er ca. 2500 in het water leven en 10.000 parasitair zijn. Verreweg de meeste mijten zijn met hun grootte van minder dan 0,1 tot 1,0 mm met het blote oog niet of nauwelijks waar te nemen, hoewel sommige soorten wat groter zijn en een afmeting van enkele millimeters halen. Mijten zijn verwant aan teken.


Info: tuin-thijs.com, ahw.me en wikipedia.org

Foto + tekst: Luit Staghopuwer

Geen opmerkingen:

Een reactie posten