woensdag 25 oktober 2017

BEIJUMBORG (86)



Beijumjam

Je kunt veel moois en lelijks over Beijum vertellen, maar één ding is zeker: we wonen op vruchtbare grond! En dan heb ik het niet over de vele kinderen die hier in de afgelopen 40 jaar gemaakt en geboren zijn, maar over datgene wat Moeder Natuur ons allemaal geeft. 

Toen we 23 jaar geleden in dit huis kwamen wonen stond er een mooie morellenboom in onze voortuin. Zelf plantten we in de achtertuin een pruimenboom, een appelboom, rode bessen en kruisbessen, twee rode en één witte druivenstruik, en later voor ook nog eens een braam. De morel is gesneuveld, want die bleek boven op de riolering te staan, met alle gevolgen van dien. De ene boom/struik doet het beter dan de ander, maar de echte constante is onze rode druif. 

Van de twee wingerds pluk ik al jaren de vruchten, en dan heb ik het echt over vele kilo’s. In het begin deed ik er nog wel eens ‘afgewerkte’ paardenmest bij (bij de wortels, niet bij de druiven natuurlijk), en nu nog zo af en toe wat schalen van een gekookt ei (voor de kalk), maar eigenlijk hoeft dat niet eens. Als ik die druif in de winter zie (kale stammen, bijna zwart van kleur), dan denk ik ieder jaar dat ze de kou niet gaan overleven. Maar in april komen de eerste scheuten alweer tevoorschijn, en in oktober is het weer ruim oogsttijd. Bovendien groeien ze over een soort van pergola heen, en leveren in de hoogzomer ook best veel schaduw op ons op het zuiden gerichte terras. Deze ‘Glorie van Boskoop’ is dus een echte aanrader, mocht de lezer van deze column overwegen om ook druiven te laten groeien.
Anders is het met mijn witte druif en met de pruimenboom. Die witte druif brengt ieder jaar wel een paar trosjes voort, maar die zijn absoluut niet eetbaar: ze blijven keihard en bitter. En de pruim krijgt wel bloesem, maar op de een of andere manier nog zelden vruchten. Dat was vroeger wel anders....

Dan de appel! Ik denk dat het een cox d’orange is: de appels zijn redelijk eetbaar, maar vooral in de appeltaart en als moes erg geslaagd. In sommige jaren zitten er nauwelijks appels aan, maar dit jaar hadden mijn buurman en ik weer een rijke oogst. Hij maakt er sap van, ik dus moes en taarten. Genieten! Net als van de bramen voor, en de bessen achter: wat een rijkdom, en alles onbespoten. 

Een paar jaar geleden heb ik voor het eerst druivengelei gemaakt, en dit jaar kwam daar kweepeergelei bij, dankzij een aardige wijkgenoot, wiens kwee een hele hoop vruchten geeft. En ook de komende winter waag ik me weer aan de allerlekkerste jam van de wereld: gemaakt van bittere sinaasappelen. Die laatste komen nog niet uit eigen tuin, maar als we van dit soort zomers en zachte winters houden gaat dat vast nog wel eens lukken. In januari en februari liggen deze speciale sinaasappels weer bij de bio-kraam op de Vismarkt, en reken maar dat ik er dan 1.5 kg van ga kopen! Zó lekker bij de zondagse croissant.....

Han Borg

Geen opmerkingen:

Een reactie posten