woensdag 27 februari 2019

BEIJUMBORG (128)


De markt op!
Nu ik overdag wat meer tijd heb ga ik ook iedere donderdagochtend naar de markt van Beijum. Eerlijk gezegd vind ik ‘markt’ een wat wijds woord voor een stuk of vier, vijf kramen maar goed: je mag blij zijn dat we zoiets hebben in onze wijk.
De enige kraam die ik tot nu toe nog niet bezocht is die van de bloemenventer: en dat komt door het nu ontbreken van iemand, aan wie ik een bloemetje zou willen geven. Enthousiast ben ik over de broodkraam, alleen al omdat daar ook zuurdesembrood wordt verkocht. Zuurdesem is een soort van gist, waardoor brood kan rijzen. Ik houd erg van de smaak van dit type brood, en het komt niet vaak voor dat je dat bij een ‘gewone’  bakker vindt.
De kaasdame mag er ook wezen, en dan heb ik het vooral ook over haar selectie van kazen. Afgelopen donderdag kocht ik er een stuk belegen komijnekaas – ook alweer zo’n favoriet. Als je een kaasliefhebber bent zoals ik, dan weet je heel goed dat je kaas en kaas hebt. De beste kaasboer vind ik nog steeds Dick Visser op de Vismarkt, maar onze Beijumse dame gooit ook hoge ogen.
Tja, en dan de zo lang gewenste visboer. Hij staat er op donderdagen en zaterdagen met zijn kar op de kop van de parkeerplaats. Zo te zien een mooie selectie van vis, maar heel eerlijk gezegd vind ik de man zelf bepaald geen ‘vrolijke Frans’, eerder een wat ‘nurkse Dirk’. En de beide keren dat ik er twee haringen kocht vond ik ze niet super goed schoongemaakt en bovendien behoorlijk aan de prijs: voor datzelfde bedrag koop ik zes (weliswaar fabrieksmatig, maar wel goed schoongemaakte) haringen bij de Duitse super aan hetzelfde plein. 
Voor verbetering vatbaar, zou ik zeggen.
En dan mijn toppertje: de groente- en fruitman. Zijn keuze is groot, zijn producten zijn prima. Als groot liefhebber (en na zo’n zestig jaar van sinaasappels eten ook: kenner) kan ik in alle oprechtheid de sinaasappels van ‘onze groenteman’ aanprijzen. Deze week lagen er mooie navels (zoet, met een licht zuurtje) en ook – iets wat ik eerlijk gezegd niet verwacht had – bloedsinaasappels. 
De fruitman zei in alle eerlijkheid dat deze niet van Sicilië kwamen – het eiland in de Middellandse Zee waar de allerlekkerste bloedsinaasappels vandaan komen, maar uit een ander mediterraan land. Hoe dan ook: mijn twee uitgeperste bloedsinaasappeltjes bij het dagelijks ontbijt smaakten me prima. En dan geef ik de lezers nog een ‘geheime tip’ mee: als je eens ergens vers Italiaans ijs, gemaakt van bloedsinaasappels kunt kopen, dan moet je dat beslist doen. Tjonge tjonge: om je vingers bij af te likken.
De markt in Beijum: of uw en mijn portemonnee er gespaard worden weet ik niet, maar laten we hopen dat we deze gelegenheid nog lang mogen houden.
Han Borg

Geen opmerkingen:

Een reactie posten