woensdag 30 oktober 2019

BEIJUMBORG (154)

Echt buitenweer is het niet, ook al leek het er in het weekend even op dat we nog een ‘ouwewijvenzomer’ zouden krijgen. Hoge temperaturen, maar ook behoorlijk veel wind. Maar schrale troost: in zuidelijker landen heeft het zo verschrikkelijk hard geregend dat daar enorme schade is ontstaan. Mijn in het zuiden van Frankrijk wonende zus was daar wel weer blij mee: niet met de schade, wel met de regen. Het was dit jaar ook daar een enorm droge en bloedhete zomer, zodat veel verdord en verdroogd is.
Dat leek ook het geval te zijn met mijn druiven. Al meer dan 25 jaar koester ik een paar grote druivenstruiken in mijn achtertuin. Vooral de blauwe druiven doen het ieder jaar weer goed. Dit jaar was er na de zomer niet veel van de grote trossen over, zo leek het. Een soort van krentjes was wat er nog van restte.
De cyclus is als volgt: rond de kerst snoei ik de stuiken tot bijna op de kale taken terug, en blijven er enkel donkere staken over. Dan wordt het voorjaar, en ieder jaar denk ik weer: “ze zijn dood: ik zie nergens meer nieuw leven”. En dan, zo in de maand april, verschijnen er weer in de okseltjes van de struiken kleine groene bolletjes, die al snel uitgroeien tot  iets wat op een blad lijkt, maar vaak het begin is van een nieuwe tak.
In mei en juni zie je dan de eerste hele kleine trosjes ontstaan, en vult mijn pergola, waar een deel van die struiken overheen groeit, zich steeds meer met druiventakken en –blad. Heerlijke schaduw voor warme zomerse dagen, daar onder die pergola. Overal hangen trosjes, met dan nog groene druifjes. En aan het eind van augustus beginnen de eerst nog groene druiven dikker en dikker te worden, en lichtpaars, daarna blauw te kleuren.  September is de ‘afrijp’maand: de eerste druiven kunnen al gegeten worden. Afhankelijk van de zomer zijn ze licht- tot volzoet.
Dit jaar was ik, vanwege langdurige opname in ziekenhuis en revalidatieoord, niet in staat om die druiven te plukken, en ik liet ze maar wat hangen, voor de vogels. Maar toen ik afgelopen zaterdag even naar buiten liep rook het er wel heel erg naar alcohol: de eerste druiven waren al begonnen te gisten, en ja: dan ontstaat er toch iets van wijn.
Omdat ik inmiddels ook weer in staat ben om het tuintrapje op te klimmen raapte ik alle moed en energie bij elkaar, en begon toch hier en daar maar een nog volle tros weg te knippen. En voor ik het wist had ik toch weer zo’n zes kilo aan druiven verzameld, terwijl er ook genoeg voor de vogels over bleef.
Van een wijkgenoot kreeg ik ook dit jaar weer wat kweeperen, en een recept op het internet liet me daarop besluiten om de druiven en de kweeperen tot een gelei te verwerken. En zo staan er ineens weer ruim twintig potjes gelei op consumptie te wachten. Heerlijk voor door de muesli of door de yoghurt! Ze gaan gemakkelijk een jaar mee….
Han Borg

Geen opmerkingen:

Een reactie posten