DE AUTO OPENKRABBEN

Op de foto's, klik groter, ziet u twee Beijumers die voordat ze vanochtend naar hun werk reden bezig hun autoruiten van ijsaanslag te ontdoen. Ze zullen niet de enigen zijn die hier toe gedwongen waren, geen auto die in de buitenlucht overnacht heeft die niet was beslagen. De ouderwetse ruitenkrabber doet het nog steeds goed, al heb je tegenwoordige ook exemplaren met van die aanstellerige 'handschoentjes' er aan bevestigd, die er voor moeten zorgen dat de krabhand tijdens het minuutje krabben niet koud wordt. Ondergetekende heeft naast de ouderwetse krabber ook nog een spuitbus met antivriesvloeistof paraat liggen, dit voor het geval dat de ramen, en vooral de voorruit, komende maanden 's nachts echt dik gaat aankoeken. Twee keer drukken op de spuitbus en de voorruit is ontzet. Is misschien ook wel een beetje aanstellerig, want waarom niet gewoon even krabben? Maar goed, bij op tijd staan en ochtendchagrijn is de antivries een welkom hulpmiddel.
Er is ook een ouderwetse huis-tuin-en- keukenmiddeltjes die het proces van vorst-ruit naar verantwoord kunnen wegrijden kan versnellen. Leg een hittepit vijf minuten in de magnetron en leg hem vervolgens een half uur of kwartier voor het wegrijden op de chauffersstoel. Schoonmaken van de ruiten is vervolgens peace of cake.

De meningen over de motor laten draaien tijdens het krabben zijn verdeeld. Het schijnt in elk geval niet goed te zijn voor het milieu:

Volgens de ANWB en milieuorganisaties moet je, als je ruiten bevroren zijn, eerst het ijs van de ruiten afkrabben. Pas als je daarmee klaar bent, start je de motor en rijd je meteen weg. Dat is beter voor het milieu (vanzelfsprekend), maar ook beter voor de motor.

Ik heb het bij drie auto’s geprobeerd. Het probleem: ik krab de ruiten schoon, stap in, start de motor en rijd weg. Na 500 meter, of na 1500 meter, slaat de ruit zo dicht dat het onverantwoord is door te rijden. Ik heb de auto wel eens midden op de weg moeten stoppen, ramen open om te zien of er geen fietsers of paaltjes waren, en om te zien waar de rand van de weg eigenlijk was - en dan heel langzaam de auto naar de rand van de weg rijden, en vervolgens alsnog met stationair draaiende motor wachten tot de ruiten weer doorzichtig worden.

Sindsdien zet ik altijd eerst de motor aan, dan ga ik krabben, en als ik daarmee klaar ben stap ik in en rijd ik weg. Veiligheid gaat dan boven milieu.

Hoe doen jullie dat?

Bovenstaande vraag lees ik op Goeievraag.nl