Kwoajong Fehrmann vs Stieve Wedema
Wanneer ik aangeef dat ik nog 3 columns wil schrijven tot aan het eind van dit jaar, omdat ik plat gezegd geen zin meer heb in deze wekelijkse verplichting, besluit Johan me te gaan plagen vanwege mijn moeizame relatie met dat vrijheid beperkende korset.
En dat allemaal omdat hij mijn foto te streng en mijn stukjes te serieus vindt.
Johan probeert met me de beste bedoelingen uit mijn hok te halen. Dat valt nog niet mee omdat ik er niet echt in zit. Ik pas niet eens in een hokje. Zie me er dan maar eens uit te krijgen. Van Johan mag ik weer gaan spelen; het kind in me de ruimte geven en dan komen die columns vanzelf. Kan ik allemaal hebben, maar wanneer die grote lummel mij een ‘stieve oale man’ noemt die uit zijn keurslijf mag komen reageer ik als een gekooide grijze ouwe tijger die onbeheersbare zin heeft om die pesterige dompteur eens flink op zijn sodemieter te geven. Op de één of andere manier komt dat gedoe van die akelige man van Beijumnieuws toch binnen. Baal ik van. Wil ik niet. Gebeurt toch. Kan ik een heel gedegen verhaal gaan schrijven om hem te vertellen dat hij het toch echt niet goed ziet, maar dan doe ik dus precies waar hij me mee plaagt. Niet uit je tent laten lokken Jan. Vindt ie leuk, gun hem dat plezier nou niet. Bovendien, er valt helemaal niks te verdedigen. Ja maar, hij speelt vol op de aanval.
Kom op Tom Poes, verzin een list. Cruijff, help! ‘Nou, kijk, in principe is het zo dat als wij de bal hebben, dan kunnen zij niet scoren’. Dát is het: ‘Je gaat het pas zien als je het doorhebt’. Ik heb zo’n zin om die ijskouwe sneeuwbal van hem in mijn snufferd terug te gooien en hem eens ongenadig in te peperen. Maar dan moet ik dus wel eerst de bal hebben… ‘Da’s logisch dus’ O.k. Tom Poes, Cruijff en nu dus een belletje naar Koning Winter. Die is niet van plan om voor half januari het materiaal te leveren dat ik nodig heb.
Dan maar een potje vrij worstelen. Zie het helemaal voor me. Twee ouwe kerels, rollators aan de kant, gebit uit, hulptroepen weg, volop in de olie (buitenkant hè), die proberen de ander onderuit te halen. Is ook weer zo’n gedoe en wordt bovendien een enorm gore kliederboel. Misschien toch niet zo’n goed plan? Lijkt me wel lachen trouwens. Maar of Johan daar voor in is? Ik heb echt wel heel veel zin heb om hem eens stevig bij zijn kladden te pakken (zit er een beetje houvast aan die man eigenlijk?).
Hou nou?
Een stare-down organiseren, op het grote plein tussen de bieb en de Aldi? Die win ik met gemak, kijk maar eens naar mijn foto, daar wordt Johan nu al bang van. Kwoajong Fehrmann vs stieve Wedema. Makkie, hier ben ik in het voordeel. Wedema, de man, met zien oetgestreek’n snufferd tegen Fehrmann, de man dei toch veural kwoajong is.
Fehrmann doet alles om Wedema uit z’n concentratie te halen. Roept dat ie een oale stieve is. ‘Kom op man, kom uut dat hok’. Wedema laat niks zien. Verraadt niet wat er in hem omgaat. Vorsende blik op oneindig, alsof hij dwars door Fehrmann heen kijkt. Fehrmann wordt onrustig. Kan er niet tegen dat die Wedema niet reageert. ‘Kom op dan Jan, kom je nog buiten spelen?’, probeert hij het nog een keer. Wat gaat Fehrmann nu doen? Beste mensen, dit is nog nooit eerder vertoond, een historische stare-down. Hij begint Wedema te kietelen! Pakt hem met beide handen vast. Wedema kan zich niet langer inhouden. Pakt op zijn beurt Fehrmann bij zijn ouwe lurven. Beide kerels bulderen nu over het plein. Niet doen Johan, ik kan niet meer. Stop nou Jan, ik doe het in mijn luier. Hikkend vallen ze elkaar in de armen. ‘Johan man, waar bleef je nou, ik was al lang buiten. Zullen we weer gaan spelen?’
Groet'n Jan Wedema
Geen opmerkingen:
Een reactie posten