De temperatuur was aangenaam, er stond weinig wind en de zon
deed haar best om er een perfecte dag van te maken. Maar door de
sluierbewolking lukte dat helaas niet. Vreemd genoeg lieten de dagvlinders
opnieuw verstek gaan, ik heb er slechts één gezien. Eindelijk zat er op de
hedera weer eens een nachtvlinder, dat was lang geleden. Het was gewoon een
heerlijke lentedag. Langzamerhand komen er meer insecten tevoorschijn, er komt
meer kleur op de tuinen en de hele dag hoorde ik de vogels zingen. Met andere
woorden: het is lente.
Zomerklokje
De sneeuwklokjes zijn allang verdwenen. Daarna kwam het
lenteklokje. Dit bloemetje bloeit gewoonlijk twee weken later dan het
sneeuwklokje, niet in de lente dus, maar in de winter. Het lenteklokje heeft
één, soms twee, bolvormig knikkende bloemen. Hierin onderscheidt de soort zich
van het zeldzamere en beschermde zomerklokje, dat meestal drie tot vijf, 2 cm
lange bloemen per stengel heeft. Het zomerklokje wordt 30-60 cm hoog en bloeit
van april tot juni. De plant bloeit dus in de lente en niet in zomer.
Balsempopulier-katje
De balsempopulier kan tot 40 m hoog worden en is de grootste populier. Zijn naam dankt deze populier aan zijn kleverige knoppen die vooral tegen het voorjaar, als ze open gaan, een zeer sterk ruikende balsem afscheiden. Begin april verschijnen vòòr de bladeren aan de mannelijke bomen ca. 8 cm lange katjes. Na de bloei is de bodem bezaait met katjes (de mannelijke bloemen). De populieren hebben ook vrouwelijke bloemen, maar de mannelijke en vrouwelijke bloemen staan niet bij elkaar op een boom, ze zitten niet in hetzelfde “huis”. Dit verschijnsel noemt men tweehuizig. De vrouwelijke bomen produceren massaal zaadpluis en vaak lijkt het alsof er een laag sneeuw onder de bomen ligt.
De balsempopulier kan tot 40 m hoog worden en is de grootste populier. Zijn naam dankt deze populier aan zijn kleverige knoppen die vooral tegen het voorjaar, als ze open gaan, een zeer sterk ruikende balsem afscheiden. Begin april verschijnen vòòr de bladeren aan de mannelijke bomen ca. 8 cm lange katjes. Na de bloei is de bodem bezaait met katjes (de mannelijke bloemen). De populieren hebben ook vrouwelijke bloemen, maar de mannelijke en vrouwelijke bloemen staan niet bij elkaar op een boom, ze zitten niet in hetzelfde “huis”. Dit verschijnsel noemt men tweehuizig. De vrouwelijke bomen produceren massaal zaadpluis en vaak lijkt het alsof er een laag sneeuw onder de bomen ligt.
Kastanjeknoppen
Net als bij de balsempopulier zijn ook de knoppen van de
kastanje kleverig. De knoppen worden kleverig voordat ze uitkomen. Het is een
teken van het op gang komen van de sapstroom van de boom. Bijen
bezoeken graag de knoppen van kastanjes. Kastanjeknoppenkleefsel is één
van de vier boodschappen die ze halen voor hun bijenstad, naast nectar,
stuifmeel en water. Het kleefsel wordt
bijenbalsem of propolis genoemd en het doodt schimmels en bacteriën.
Ideaal voor bijen om er hun broednest van 34 graden steriel mee te houden.
Kievitsbloem
De kievitsbloem is een in het wild in Nederland zeer
zeldzaam voorkomend bolgewas, dat wettelijk beschermd is. De belangrijkste
groeiplaats van de wilde kievitsbloem is langs de oevers van de Vecht en het
Zwarte Water in Zwolle. Ongeveer tachtig procent van de Nederlandse
kievitsbloemen staat hier. Van oudsher kwam de kievitsbloem voor in gebieden
met klei-op-veen en dan vooral de gebieden die 's winters onder water stonden.
De plant kan erg slecht tegen aanpassingen aan het grondwaterpeil en is op de
meeste plaatsen al voor de Tweede Wereldoorlog uitgestorven. De bloem heeft
paars (soms wit) geblokte bloemblaadjes. Het plantje heeft een zeer tere
stengel met smalle blaadjes, die een aantal maanden na de bloei afsterft. De
planten doen er acht jaren over om in bloei te komen. De zaden zijn relatief
groot en verspreiden zich drijvend op het water. De plant is voor z'n
verspreiding van de zaden dan ook volledig afhankelijk van overstromingen en
een hoge waterstand in de winter.
Info: Wikipedia en www.trouw.nl/
Foto + tekst: Luit Staghouwer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten