Het was de week van de beestjes. Eerst was er op een avond een mega spin, die zich stil hield op het plateau, waar ook de kattenbrokjes op geserveerd worden. Echt een joekel, of - zoals mijn ouders dat noemden - een aartsvader. Harige poten, groot lijf.....doodeng.
Ik ben niet bang voor muizen, ratten, kippen, vogels in het algemeen, maar voor spinnen ben ik doodsbenauwd. En dan niet voor hooiwagens of voor kruisspinnen, die zich netjes aan de buitenkant van het huis bevinden. Maar zo’n dikke spin in mijn garage....vreselijk vind ik dat. Een vriendin van me kwam eens terug uit Panama, met in haar meegenomen gitaar (onder de snaren dus) een potje met vogelspinnen. Wat was ik blij dat ik al in Amsterdam-Zuid uit de auto van haar partner mocht stapoen......En die spin in mijn garage? Hij (zij?) heeft het niet overleefd.
En vervolgens trof ik in het minivijvertje voor mijn huis tientallen kikkervisjes aan. Ze zijn al best groot, dus binnenkort zitten er kleine kikkertjes rondom dat bakkie water. Gezellig kwakend op warme zomeravonden, in het gras. Kikkers zijn gezellig, op de een of andere manier.
Maar gisteravond was er weer een onwelkome gast, die aan de rand van datzelfde vijverbakkie stond: een beest dat met behulp van google werd gedetermineerd als.....steenmarter. Hij (zij?) had kennelijk dorst, maar ik maak me vanaf nu vooral zorgen over mijn auto-remkabels. Daar schijnen ze erg van te houden, zegt men.
En toen ik vandaag een paar buren op het bestaan van de marter attendeerde, zei één van de buurvrouwen dat deze marter al een hele tijd in ons buurtje woont. Een sierlijk beestje, dat is zeker.
Maar liever niet op mijn erf!
Han Borg
Geen opmerkingen:
Een reactie posten