Gewone barnsteenslak met
parasiet.
Op de kop van een slak zijn de twee gesteelde “ogen” zichtbaar, de steeltjes worden tentakels genoemd. Lang niet alle slakken hebben echter ogen, de soorten die ze wel hebben kunnen alleen lichtverschuivingen waarnemen. Alle slakken hebben onder de ogen een gepaard gesteeld zintuiglijk orgaan dat korter is dan de oogstelen, de zogenaamde tasters. Deze bevatten receptoren die onder andere geuren analyseren en worden gebruikt om de omgeving waar te nemen. Bij verstoring hebben slakken de typische gewoonte om de ogen en de tastorganen in te trekken.
Vrijwel elke diersoort heeft
last van een bepaald soort parasiet. Elke parasiet heeft weer een eigen manier
van overleven. Zoals de onderstaande soort die op een vreemde manier profiteert
van de barnsteenslak. De gewone barnsteenslak is een landslak die in bijna heel
Europa vrij algemeen voorkomt. Het huisje van de slak is dun en doorzichtige, bij
volwassen exemplaren is het huisje 15 à 20 mm hoog. De gewone barnsteenslak
komt vooral voor in vochtige gebieden en langs de waterkant.
Barnsteenslakken zijn dragers
van een larvestadium van de parasitaire worm Leucochloridium paradoxum die behoort tot de Trematoda, een klasse van veelvoorkomende parasitaire zuigwormen
uit de stam van de platwormen.
Deze worm ontwikkelt
knotsvormige uitsteeksels die meestal in de tentakels van de slak terechtkomen
waardoor die sterk opzwellen en niet meer ingetrokken kunnen worden. De
tentakels krijgen meestal ook een groen-witte kleur. Bovendien maken de
uitsteeksels in de tentakels pulserende bewegingen waardoor de slak gemakkelijk
opvalt. Omdat de tentakels nu lijken op een bewegende vliegenlarve of een rups
valt de slak meestal snel ten prooi aan vogels, maar soms ook aan zoogdieren.
Als die de slak opeten ontwikkelt de worm zich verder in hun darmstelsel en
plant zich daar voort. De als gastheer optredende vogels en zoogdieren
verspreiden via hun uitwerpselen de larven van de worm in de omgeving waardoor
nog meer slakken geïnfecteerd raken.
Als de slak niet opgegeten
wordt, zwellen de uitsteeksels van de parasiet na enige tijd zodanig op dat de
tentakels van de slak openbarsten. Ook daarbij komen dan nieuwe larven vrij die
vervolgens op zoek gaan naar een volgende gastheer. De worm gebruikt de
barnsteenslak zo om zijn larven sneller en efficiënter bij andere gastheren,
vooral vogels, te krijgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten