Tijdens de excursie van dinsdag 9 november werd er extra aandacht besteed aan paddenstoelen. Op het terrein van de Schoolwerktuinen kwamen we een paar interessante soorten tegen. We zagen er o.a. een bundel Gewone zwavelkopjes, de Glimmerinktzwam, het Judasoor en de Witte kluifzwam. Kluifzwammen zijn er in vele soorten en maten. Sommige komen vooral in het voorjaar voor, andere juist in het vroege najaar.
Veel paddenstoelen zijn moeilijk op naam te brengen, maar bij (sommige) kluifzwammen valt dat wel mee. De Witte kluifzwam is waarschijnlijk de meest algemene en opvallendste van alle kluifzwammen. Hij varieert in grootte, maar heeft meestal een flink formaat. De holle steel is wit en heeft diepe, onregelmatige groeven. Op de steel zit een uiterst grillig gevormde, onregelmatig gelobde, doorgezakte hoed. (In het Engels heet deze paddenstoel White Saddle.) De kleur van de hoed is crèmekleurig tot licht lederkleurig.
De Witte kluifzwam kan men vinden in de (late) zomer en in de herfst. Een enkele keer kan men hem ook in het voorjaar nog aantreffen. Hij wordt in sommige delen van Europa gegeten, na te zijn gedroogd of herhaaldelijk gekookt, maar hij is in feite giftig.
De Witte kluifzwam komt voor op humusrijk zand, klei en leem in bossen en bosranden. Het is een paddenstoel waar je gemakkelijk aan voorbij loopt omdat je, mogelijk een beetje geërgerd, denkt dat er in het gras een verfrommeld stuk papier ligt. Maar als je hem eenmaal kent, is de kans groot dat je hem vaker zult tegenkomen.
Foto + tekst: Luit Staghouwer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten