Er zijn honderden
groepen vliegen en één ervan is de groep zweefvliegen. Zweefvliegen
zijn een familie van insecten uit de orde vliegen en muggen
(tweevleugeligen). Er zijn zo'n zesduizend soorten wereldwijd waarvan
er ongeveer 500 in Europa voorkomen.
In Nederland zijn 363 soorten
zweefvliegen waargenomen, 303 daarvan worden als inheems beschouwd.
Zweefvliegen zijn er in alle soorten en maten, de meeste blijven in
lengte onder de twee centimeter. Veel zweefvliegen bootsen
vliesvleugeligen zoals wespen, bijen, of hommels na door felle
kleuren, overeenkomstige patronen of lichaamsbeharing op bepaalde
plaatsen. Zweefvliegen zijn net als andere vliegen het eenvoudigst te
onderscheiden van vliesvleugeligen doordat ze twee vleugels hebben en
geen vier, zoals alle bijen, wespen en hommels. Verder hebben
zweefvliegen vaak geen taille, vliesvleugeligen vaak wel. De korte
antennen van zweefvliegen zijn drieledig en onbeweeglijk,
vliesvleugeligen hebben langere, beweeglijke antennes met meer dan
drie leden. Ten opzichte van de veel zwaardere hommels, bijen en
wespen zijn zweefvliegen heel wendbaar en hebben ze het vermogen
perfect stil te hangen, te 'zweven'; vandaar ook hun naam.
De
terrasjeskommazweefvlieg, ook wel terrasjeszwever, is een van de
meest algemene zweefvliegen in Europa, met een lengte van 7-10 mm.
Het mannetje heeft een overwegend bruine lichaamskleur met drie paar
gele vlekken tot banden op het achterlijf, bij vrouwtjes zijn dit
altijd drie paar komma-vormige vlekken. De vlekken lopen altijd tot
over de zijnaad van het lijf, wat een onderscheid is met gelijkende
soorten. Het borststuk is donkerder tot zwart, de clypeus (de
voorzijde van de kop) is vrijwel geheel geel. Mannetjes zijn
makkelijk te onderscheiden van de vrouwtjes, de ogen van de mannetjes
raken elkaar op de bovenzijde van de kop terwijl er bij de vrouwtjes
een duidelijke tussenruimte is. De habitat bestaat uit beschutte
plaatsen in open gebieden, net als andere zweefvliegen leeft de
terrasjeskommazweefvlieg van nectar die uit bloemen wordt gezogen.
De
terrasjeskommazweefvlieg komt voor in heel Europa en daarnaast in
delen van Azië en Afrika. De soort komt overal binnen Nederland en
België in relatief grote aantallen voor. In Nederland was de soort
vroeger nog algemener. Van deze zweefvlieg is bekend dat grote
afstanden kunnen worden afgelegd, exemplaren zijn op open zee tot 200
kilometer van de kust aangetroffen.
De mannetjes loeren
vanuit een uitkijkpost op langsvliegende soortgenoten waar ze op af
vliegen, indien het geen vrouwtje blijkt keert het mannetje terug.
Bij een geschikte partner wordt de paring in de lucht ingezet en op
een vaste ondergrond voltooid. De vrouwtjes zetten honderden eitjes
op planten af, midden in bladluiskolonies. De rupsachtige larven
leven van de bladluizen. Na ongeveer één tot drie weken verpopt de
larve om na acht dagen als volwassen zweefvlieg de pop te verlaten.
De terrasjeskommazweefvlieg is in Nederland te zien vanaf april tot
november.
In Nederland komen negen soorten kommazweefvliegen voor, de
terrasjeskommazweefvlieg is de meest algemene soort. Het laatste deel
van de Nederlandse naam verwijst naar de familie waartoe de vlieg
behoort; de zweefvliegen. De 'komma' in de naam verwijst naar de gele
vlekken die vaak doen denken aan een komma.
Info: Wikipedia
Foto + tekst: Luit Staghouwer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten