zondag 24 januari 2010

FOTO'S UIT DE WIERSHOECK- EN SCHOOLTUIN (23)

Koperwiek (12 januari 2010)
Tot mijn verbazing is er op Wikipedia in het Nederlands slechts heel weinig informatie over de koperwiek beschikbaar. Uit nieuwsgierigheid klikte ik in het lijstje met andere talen op Esperanto (ook een hobby van me) en de informatie in deze “tweede taal voor iedereen” bleek veel uitgebreider. De onderstaande beschrijving is voor een deel gebaseerd op informatie die in Esperanto beschikbaar is.

De koperwiek (Turdus iliacus) is een zangvogel uit de familie lijsters (Turdidae) en komt voor in Europa en Azië. Ze broeden in het hoge noorden. Het overwinteringgebied ligt ongeveer 6500 à 7000 km zuidelijker tot in Noord-Afrika en Noord-Iran. In Nederland is het een doortrekker en (in zachte winters) een wintergast. De koperwiek is vaak te zien in groepen, samen met zanglijsters en kramsvogels en ze komen in ons land voor van oktober tot april. Het is een vrij schuwe vogel, maar tijdens strenge vorst minder schuw. In de vlucht lijkt de koperwiek een beetje op de spreeuw door de vrij lange vleugels en de relatief korte staart.

De koperwiek is iets kleiner dan de zanglijster. De koperwiek dankt z’n naam aan de oranjerode kleur aan de binnenkant van de ondervleugels en die doorloopt in de flanken.
Er zijn twee ondersoorten:
- Turdus iliacus iliacus, de soort die in 1766 door Linnaeus in zijn Systema naturae is beschreven en die broedt op het continent van Eurazië.
- Turdus iliacus coburni, in 1901 beschreven door Richard Bowdler Sharpe en die broedt in IJsland en op de Fär Öer. Deze soort overwintert in Noord-Spanje, heeft een iets duidelijker getekende borst en is iets groter.

De koperwiek is 20-24 cm lang en heeft een spanwijdte van 33-34,5 cm. De vogel weegt 50 à 75 gram. Beide seksen zijn gelijk van kleur: donkerbruine rug en bovendelen, borst goudkleurig met zwarte stippen, buik wit. Ook de kop is donkerbruin, maar met een opvallende lichte wenkbrauwstreep. De zang van het mannetje is een korte herhaling van fluitende klanken, gevolgd door een zeer variabel onmuzikaal wijsje.

De koperwiek is een alleseter, maar eet gewoonlijk kleine bodemdieren (insecten en vormen). In het najaar en de winter wordt het menu aangevuld met fruit en bessen (vlier en duindoorn).


Foto + Tekst: Luit Staghouwer

1 opmerking:

Frans van Nes zei

Dat Wikipedia maar weinig over dit mooie vogeltje met zijn nog mooiere naam te vertellen heeft, heb ik van de winter ook gemerkt (ik heb de koperwiek namelijk veertig jaar over het hoofd gezien en was benieuwd of dat aan mij lag). Het leuke van Wikipedia is echter dat iedereen die zich geroepen voelt zo'n karig artikel kan uitbreiden. Dus, koperwiekenkenners: bewaar uw geheimen niet voor uzelf of voor de Beijumers!