zondag 20 maart 2016

FOTO'S UIT DE WIERSHOECK- EN SCHOOLTUIN (268)


Een paar dagen ervoor zag ik in de Lauwersmeer al enkele mannelijke wilgenkatjes in bloei, maar zover waren de wilgen op de tuinen van De Wiershoeck afgelopen dinsdag nog niet. 

De bandwilg had al wel enkele mannelijke katjes met een beetje geel stuifmeel op de meeldraden, maar bij de ‘gewone’ wilgen was nog geen stuifmeel te zien. Het zal echter niet lang meer duren en dan staan ook de wilgen op De Wiershoeck in bloei.
Op een tweetal Belgische website’s vond ik onderstaande interessante informatie over wilgenkatjes:

Als in maart de lente aanbreekt, brengen bloeiende wilgen als eerste weer kleur in het landschap met hun gele of frisgroene katjes. Wilgen in bloei zijn echter niet alleen mooi, hun nectar en stuifmeel zijn ook van levensbelang als voedselbron voor veel vroeg vliegende insecten. Dit is niet in het minst omdat ze zo vroeg in het jaar de enige rijkelijke nectar- en stuifmeelbron zijn. Voor deze vroege vliegers is het na een lange, harde winter van groot belang dat ze eens goed kunnen bijtanken. Wilgen zijn tweehuizig, wat wil zeggen dat ze ofwel mannelijk ofwel vrouwelijk zijn. 

Vrouwelijke bomen hebben groene katjes met nectar, de mannelijke bomen hebben katjes met naast nectar ook meeldraden vol geel stuifmeel. Zowel nectar als stuifmeel zijn vitale voedselbronnen voor insecten, en omdat wilgen vaak vele duizenden katjes hebben vormen ze een rijkelijk gedekte tafel. Op een zonnige voorjaarsdag gonst het bij een bloeiende wilg van de bijen, hommels, dagvlinders en zweef- en andere vliegen die er komen foerageren. Ook dagvlinders die als vlinder overwinteren, zoals atalanta, dagpauwoog, gehakkelde aurelia en kleine vos, maken er dankbaar gebruik van.

Maar laten we eens goed naar die wilgenkatjes kijken. Je hebt daarin duidelijk twee soorten. De ene groep is groenachtig gekleurd en heeft op de top van elk katje een of enkele witrafelige veertjes die de stempels van de vrouwelijke bloem zijn. De andere groep heeft knalgele katjes met telkens twee of enkele gele knopjes op een wit stengeltje; dat zijn de mannelijke bloemen. Op een bepaald moment barsten die gele knopjes open en dan komt het stuifmeel vrij. De wind blaast het ver weg zodat er verschillende korreltjes op zo'n veertje van de vrouwelijke bloem vallen en zo voor de bevruchting zorgen.
In tegenstelling tot de meeste gewone bloemen die je kent zijn die van de wilg dus duidelijk helemaal anders gebouwd. Bovendien vind je alleen maar vrouwelijke of alleen maar mannelijke katjes aan één struik. Je kunt dus van ver al zien of een wilgenstruik mannelijk of vrouwelijk is. Groen is altijd vrouwelijk, geel altijd mannelijk.

Insecten vliegen op beide soorten omdat zowel op de vrouwelijke als op de mannelijke katjes nectar aanwezig is. Als je zo'n katje open prutst zie je de nectardruppels zitten. Dat is het voornaamste en energierijkste voedsel. Maar er zijn ook heel wat insecten die stuifmeel eten of het verzamelen voor hun larven. Insecten die deze mannelijke katjes bezoeken zijn helemaal geel bestoven van het stuifmeel dat in hun vacht blijft plakken. Dat levert mooie beelden op bij insecten met zwarte en rode haren in de pels. Met het gele stuifmeel erbij lijkt het wel de Belgische driekleur. Nu is de tijd om dat te gaan bekijken in de natuur. Vergeet je fototoestel niet!

Foto + tekst: Luit Staghouwer

Geen opmerkingen: