Het zal
waarschijnlijk niemand verbazen wanneer ik zeg dat ik de tuinen in de
zomer interessanter vind dan nu. Op dit moment valt er maar weinig te
zien op de tuinen. Op een mooie dag vliegt er misschien nog wel eens
een leuk insect, maar meestal zie je niet veel anders dan
wintermuggen. Aan een enkele plant zit ook nog wel een bloemetje,
maar het mooie is er echt wel af. Bovendien zijn de tuinen te nat om
er nu nog uitgebreid rond te scharrelen.
Op wat stukken dood
hout kwam ik onlangs enkele elfenbankjes tegen, waarschijnlijk het
‘gewoon elfenbankje’ (Trametes versicolor, synoniemen:
Coriolus versicolor en Polyporus versicolor). Deze zwam groeit
het hele jaar en is een zeer algemene eenjarige saprofyt op stronken
en takken van loofbomen (een saprofyt leeft van organisch afval). Het
gewoon elfenbankje komt soms ook op de spar voor. De vruchtlichamen
groeien, dakpansgewijs in groepjes, aan één zijde van de stronk of
tak en ze hebben een witte rand met daarbinnen verschillend gekleurde
zones: wit, beige, okergeel, (rood)bruin, grijs, blauw of
zwartachtig. De stevige, waaiervormige hoeden zijn 3-8 cm groot en
meestal niet dikker dan 2 mm.
Een paddenstoel is
het vruchtlichaam van een schimmel of zwam. Paddenstoelen vormen maar
een klein deel van de schimmel, waarvan het grootste deel zich
(meestal) onder de grond bevindt in de vorm van schimmeldraden. Een
netwerk van schimmeldraden vormt het mycelium, ook wel zwamvlok
genoemd. Bij o.a. het elfenbankje zit het mycelium in de waardplant
(de boom).
Het gewoon
elfenbankje is technisch gezien eetbaar; dat wil zeggen dat het niet
giftig is. Veel mensen vinden het geen lekkere paddenstoel. Mensen
die hem wel in een maaltijd gebruiken koken vooral het jonge
elfenbankje. Overigens is het in Nederland verboden om paddenstoelen
in het wild te plukken, niet alleen omdat ze zeldzaam zijn maar ook
omdat mensen niet altijd het verschil tussen een eetbare en een
giftige paddenstoel zien. Het eten van een verkeerde paddenstoel kan
in theorie een dodelijke afloop hebben.
Maar het elfenbankje
is ook al eeuwenlang een bekende ‘geneesplant’ in de Chinese
geneeskunde. Ook in de westerse, door modern wetenschappelijk
onderzoek gestaafde fytotherapie (kruidengeneeskunde) wordt het
gewoon elfenbankje omhelsd als geneesplant. Het mycelium van het
gewoon elfenbankje bevat Krestin. Deze stof wordt o.a. in Japan al
jarenlang ingezet bij de behandeling van uiteenlopende vormen van
kanker, zoals borstkanker, slokdarmkanker, maagkanker, longkanker,
leverkanker en darmkanker.
De naam elfenbankje
komt van de groeiwijze; ze vormen een plat oppervlak terwijl ze uit
de stam van een boom groeien, het is alsof het een soort zitvlak is,
maar dan voor hele lichte wezens, zoals elfen. Versicolor betekent
meerkleurig; dat is deze paddenstoel inderdaad.
De naam ‘gewoon
elfenbankje’ doet vermoeden dat er ook andere elfenbankjes zijn.
Dat is ook zo, er zijn er zelfs een aantal: geelgerand elfenbankje,
wit dwergelfenbankje, fopelfenbankje, tweekleurig elfenbankje, ruig
elfenbankje en gezoneerd elfenbankje.
Info: Wikipedia,
SoortenBank.nl en Mens-en-gezondheid.infonu.nl/
Foto + tekst: Luit Staghouwer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten