donderdag 9 mei 2013

HOEDEFOK, MODDERFOK....

Ondergetekende is opgegroeid in het 'alles moet kunnen'-tijdperk. Jaren zestig en zeventig. De Damslapers, provo's en hippies, wij roken hasjisch nou en, bekijk het allemaal even weet je wel, we maken zelf wel uit hoe we willen leven. Normen en waarden? De boom in met die handel. Schijt aan alles. Ik heb geen zin om op te staan, ik heb geen zin om naar de baas te gaan. Jaren later was er nog de Bond tegen Arbeidsethos. Is het toen mis gegaan in Nederland? De opmaat naar verloedering? Of ging het toch meer naar naar de individuele vrijheid die we nu genieten? Met alle voors en na's en keerzijdes? U zegt het maar.

Ondergetekende heeft een zoon die in z'n zestiende levensjaar zit. Junior houdt van gamen, iets dat veertig jaar geleden nog niet bestond. Om de zoveel tijd komen vriendjes samen om met hem z'n liefhebberij uit te leven.

 Uit of thuis. Zakken chips. Diepvries pizza's. Veel snoep. Onderuit hangen op de bank of stoel. Ratelende geweerschoten, oorlogssituaties. De platte schermen en de geluiden verhullen niks. Vol er boven op. Gamen heet het. Prachtig weer buiten, maar de hele middag de gordijnen stijf dicht. Het gamen is bij tijd en wijle spannend, en daarom wordt er bij geschreeuwd. Een mens moet zich kunnen uiten, niet waar? Hoedefok. Modderfok. Een bekend drieletterwoord. Tja. Moet kunnen, of toch niet? De pukkelkoppen laten boeren en scheten. Of ze hun tengels willen wassen na het eten van de vette pizza's? Moet dat? Waarom dan? Nog net geen grote bekken. Pardon, ik bedoel natuurlijk monden.

Wat een interne strijd kun je toch voelen bij een zootje ongeregelde pubers. Vooral als je er nauw bij betrokken bent. De burgerman in ondergetekende zweert bij grenzen, normen en waarden. Jongens, dit kan toch niet? Gedraag je! Fatsoen moet je toch doen? Zucht. Wat kun je je soms toch een ouwe lul voelen.
Na de zoveelste uitingen van onbeschoft taalgebruik, jaja, dames en heren, besluit ondergetekende om op te treden. Dit kan zo niet langer. Wat moeten de buren wel niet denken?
Maar net op dat moment: "Mijnheer, kunt u niet naar boven gaan? We willen graag even alleen zijn. Zit u ons soms te controleren?" Een fatsoenlijke vraag, het moet gezegd. En ze hadden het over u, en niet over je.
Ok, laat ze maar. Ik ben toch ook jong geweest? Naar boven lopend moet ondergetekende zich bedwingen om niet terug te lopen. Weer dat ge-hoedefok en modderfok. En loezers en sukkels. Ratelende geweren, salvo's. Zijn het karabijnen?
Verschrikkelijk. Waar is het gezag? Moet alles tegenwoordig maar kunnen?

2 opmerkingen:

Martin zei

Och Johan, het is een fase het gaat wel weer over. 200 meter achter je 16-jarige dochter aanfietsen omdat ze niet geassocieerd wil worden met haar vader, het hoort er allemaal bij. Johan d'r komt een tijd dan mag je je zoon mag verhuizen naar z'n eerste kamer. Komt allemaal goed

Anoniem zei

De geschiedenis herhaalt zich .
Meer is het niet , en op elke episode
volgt weer een andere .
Wel fijn dat ze de ruimte krijgen , en als je als ouder liefdevol bent komt alles goed .